Mijn pagina voor prettig werken op de PC www.pcpret.nl |
Homepage | Stuur bericht | Gastenboek | Website Blog |
Voor een beginnend audio gebruiker valt er veel te leren. De nu volgende informatie kan je helpen om de antwoorden te vinden op de volgende vragen: "Hoe weet je dat je de goede ingang cq. uitgang heb gebruikt?", "Hoe weet je of beschikt over de juiste luidspreker kabels?"
Een plug voor een ingang ziet er bijna altijd hetzelfde uit als een uitgang, toch kun je die niet door elkaar gebruiken. Kijk dus heel goed naar de opschriften, en neem niets aan! Bij twijfel doe niets!
Als je niet weet wat je zelf gebruikt, ga dan aan de hand van de foto's na welke aansluitingen de gebruikte cassetterecorder heeft. Hier worden de meest gangbare aansluitingen getoond. De bijgevoegde tekening geeft nog wat meer steker informatie.
De mogelijke tekst bij een aansluiting kan van alles zijn, bijvoorbeeld: L, R, in, out, input, output, REC, MON enzovoort. Out of output staat voor uitgang. Meestal moet deze worden gebruikt. REC staat voor recording of opnemen, deze is ongeschikt omdat dit meestal een ingang is. MON staat voor monitor of weergeven, deze is bijna altijd geschikt.
Voorbeeld: Stel de eindversterker zou 25W kunnen leveren aan een 4 Ohm luidspreker, dan is daar een uitgangsniveau van 10 Volt nodig om die 25W te bereiken. Als die 20W geleverd moet worden aan een 8 Ohm luidspreker, dan is er zelfs 14 Volt nodig.Er is echter nog meer waar opgelet moet worden. Wanneer een versterker wordt aangezet, is vaak een plop hoorbaar. Dit is een korte tijd dat er even veel vermogen wordt geleverd en dus een hoog signaalniveau. Oppassen dus.
De hoofdtelefoon uitgang is in het algemeen maximaal zo'n 100 mW. Anders wordt het toch ook gevaarlijk voor iemands gehoor. Helaas bestaan er allerlei soorten hoofdtelefoon impedanties. Van bijvoorbeeld 8 Ohm, 16 Ohm, tot vaak 600 Ohm. Die laatste is misschien interessant als voorbeeld: Om op 600 Ohm 100mW vermogen te kunnen leveren is 7,75 Volt nodig. Wel een waarschuwing: de genoemde niveaus zijn gemiddelden, dus in werkelijkheid kunnen de pieken hoger zijn. Vaak hooguit een factor 2, en dat is best wel veel.
Het plaatje hiernaast, Speciale verzwakker, toont een voorbeeld van een verzwakker die min of meer geschikt is voor een eindversterker. Kern van het ontwerp is de plaatsing van twee diodes tegengesteld parallel die het signaalniveau gewoon afbreken boven de pakweg 0,6V. Mocht dit het geval zijn, dan zal het resulterende signaal heel erg vervormd zijn. De oplossing is simpel, het volume van de versterker omlaag, of het signaal nog meer verzwakken zodat die diodes niet het signaal gaan beïnvloeden.
Voorbeeld: Een normaal lijn uitgangsniveau van een bandrecorder was vroeger bijvoorbeeld 0dB ofwel 0,775 V bij 1k Ohm. Een normaal lijn ingangsniveau van een bandrecorder of cassetterecorder was vroeger vaak iets van 100mV (-10 tot -20dB). Het is te verwachten dat een lijningang op een geluidskaart in een computer dus een signaalniveau van pakweg 100mV verwacht. Meestal vormt een wat hoger of lager signaalniveau geen probleem. Desondanks zal een normaal lijn uitgangsniveau van een bandrecorder of cassetterecorder veelal te sterk zijn. In dat geval moet het aangeboden signaal verzwakt worden.Wanneer het uitgangssignaal van de bandrecorder of cassetterecorder niet regelbaar is, dan is er dus een signaalverzwakker nodig. In het plaatje hiernaast, Eenvoudige verzwakker, is te zien hoe het signaal kan worden verzwakt met behulp van twee weerstanden. Een alternatief is om de hoofdtelefoon uitgang te gebruiken als hiervan het volume regelbaar is. Als gebruik wordt gemaakt van een versterker, dan kan (bijna altijd) gebruik worden gemaakt van de bandrecorder lijn-uitgang (indien aanwezig). Het uitgangssignaal heeft meestal een eschikt niveau als dit twee cinch/tulp chassis connectoren zijn (eentje voor L en eentje voor R). Beschikt de versterker over een DIN uitgang dan is die vermoedelijk niet geschikt.
In dit geval zijn twee kabels nodig. In principe kunnen de kabels in de "normale" audio, computer en elektronica winkels worden gekocht. De prijzen en keuze mogelijkheden zullen per winkel verschillen. Ik denk dat in een reguliere elektronica winkel de slaagkans het hoogst is. De kretologie die ik zo meteen ga gebruiken heb ik niet zelf bedacht, ik heb dat letterlijk overgenomen uit een catalogus van mijn elektronica leverancier.
Kabel 1: Audio kabel 5 DIN steker <-> 4 Tulp contra's (tulp=cinch) Richtprijs: f10,-
Kabel 2: Audio kabel 3,5 mm stereo steker <-> 2 Tulp stekers Richtprijs: f10,-. Deze kabel zal het makkelijkst te verkrijgen zijn.
Het voordeel van de vier Tulp contra's is dat de juiste twee altijd kunnen worden gevonden. In principe zit de DIN uitgang op de pinnen 3 (L) en 5 (R) van de DIN bus. Met de bovengenoemde kabels moet het altijd lukken.
Hoor je geluid uit de boxen? Zo ja, controleer dan de instellingen. Zo nee, doe dan hetzelfde. Het volume teken staat vaak rechts onder in, hierop dubbel klikken. Anders, ga naar (voor Windows 98) Start-Programma's-BureauAccesoires-?Entertainment?-Volumeregeling. Voor de volledigheid: controleer of de luidsprekers aangesloten zijn cq. aangezet zijn. Zo nee, zet deze alsnog aan en/of sluit deze alsnog aan.
Kun je de Windows Volumeregeling niet vinden, dan zijn de audio faciliteiten waarschijnlijk niet volledig geïnstalleerd. Maak dan eerst dit in orde voordat je verder gaat.
Als alles goed is gegaan krijg je een lijstje volume regelaars, dus niet één volume regelaar maar meerdere met een venster en een menu balk en allerlei instelmogelijkheden. kijk goed wat je ziet. Klik vervolgens op Opties-Eigenschappen-Weergeven en kijk goed wat je nu ziet. De bedoeling is dat deze instellingen zo worden ingesteld dat het verwachte geluid hoorbaar wordt in het gewenste volume. Controleer onder Eigenschappen-Weergeven of de line-ingang is geselecteerd als ingang, zo niet selecteer deze alsnog. Ga nu terug naar het venster "Weergeven". Controleer of de line-ingang is geselecteerd. Controleer ook de volume instellingen. Een regelaar die op nul staat of erg laag staat ingesteld, kan het geluid tegen houden. Afhankelijk van het gebruikte type geluidskaart, kun je ook gebruik maken van de mixer instellingen. De mixer doet in principe hetzelfde. Soms kan deze veel meer, soms is deze makkelijker te bedienen, maar soms ook niet.
Als het niet werkt, niet in paniek raken, maar gewoon proberen. Als dit dan nog niets oplevert, probeer dan eens een gewone audio CD af te spelen in de CD-ROM speler. Controleer nu de volume instellingen voor de audio-CD, eventueel ook digitaal! Staan deze geselecteerd, dan moet er geluid te horen zijn als de audio CD wordt afgespeeld. Als ook dit niks oplevert dan is er geen audio verbindingskabel tussen de CD-ROM speler en de geluidskaart aangesloten.
Nu kan het echte opnemen beginnen. Als audio-editor gebruik ikzelf CoolEdit 96. De nieuwere versie Cooledit 2000 kan nog veel meer. Alternatieven zijn speciale brander software met audio faciliteiten, bijvoorbeeld Spin Doctor van Adaptec Easy CD Creator. Andere oplossingen bestaan ongetwijfeld, ik ben er alleen niet mee bekend. De editor nodig om het begin en het eind te fatsoeneren. Het volume aan te passen, eventuele storingspulsen te verwijderen en eventueel het geluid te filteren.
Overigens beschikt Windows over WaveStudio geluidsrecorder. Deze kan tot één minuut opnemen. In ieder geval is deze recorder geschikt om de mogelijkheden eens uit te proberen. Als het hiermee niet lukt, dan hoef je de rest niet te proberen.
De impedantie van een MD element en een kristal element is vrij hoog. Dit betekent dat de aansluitkabels niet te lang mogen zijn.
Het (versterkte) pickup signaal kan via de line-in aan de PC worden aangeboden. Nu kun je bij "Stap 4" beginnen om het geluid hoorbaar te maken.
Aansluiten van een stereo versterker op de computer, dat is vaak eenvoudig. Gewoon een kabel van de line-out (op de computer) naar een geschikte ingang op de versterker. Een 5.1 (of meer) signaal kan wat meer werk opleveren, qua kabels en qua instellingen. Meestal wordt voor een 5.1 signaal een digitaal signaal gebruikt. Zo'n digitaal signaal kan via een optische kabel of een coaxkabel naar de versterker. In plaats van een digitaal signaal zou ook best een analoog signaal mogen worden gebruikt. Veel geluidskaarten bieden aparte lijnen voor stereo, midden, surround en de subwoofer. Dat betekent dus veel kabels en dat is ook weer niet handig. Ook zijn er weinig versterkers die beschikken over aparte analoge ingangen.
Terug naar het begin